PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie Ozark Henry met Paramount

donderdag 5 maart 2015Bozar Brussel

Ozark
Interview: 

Met maar liefst 90 muzikanten van het Nationaal Orkest van België onder leiding van Stefan Blunier staat Ozark Henry om zijn nieuwe plaat Paramount te presenteren. Plaats van het gebeuren: de Bozar, meer bepaald de Henry Le Boeufzaal, gekend om zijn Koningin Elisabethwedstrijd (onder andere voor zang). Al een tijd is Ozark Henry een duo dat bestaat uit Piet Goddaer en Laura Groeseneken, waarbij hij relatief zacht zingt, maar zij bij momenten ware oerkreten (“Ooh yeah” in “Maybe” gevolgd door een slag op de gong) diep uit de buik, uit de ziel mag halen.  Het is ook dat subtiele contrast dat we horen in de orkestratie van Arnould Massart die het orkest bij momenten erg klein, als was het een kamerorkest, vol finesses en accenten laat spelen maar de instrumenten ook meerdere mogelijkheden geeft om dan weer trapsgewijs op te bouwen of in een golvende lijn crescendo te spelen.

Paramount surft eigenlijk op twee compleet verschillende soort orkestraties. Enerzijds zijn er de makkelijk in het oor liggende die mooi volgens het boekje verlopen en de verwachtingen van het grote publiek inlossen. Daartegenover staan de complexere structuren, nummers waarbij het orkest in tegenritme speelt, of songs die bewust erg wisselend van klankkleur en dynamiek zijn, op het filmische af.  Voor elk wat wils dus: de fijnproevers, de culturo’s die gewend zijn om naar een hoogstaande culturele instelling te trekken, maar ook voor de leek die vreemd opkijkt wanneer vibrafoon of marimba in tegenritme speelt met de rest van het orkest (“Vespertine”).  

Ook voor Goddaer zelf is het allemaal nog wat wennen.  De man mag dan wel in 2012 ambassadeur zijn geweest van het orkest toen het 75 kaarsjes uitblies en toen al opgetreden hebben met NOB. Toch zijn er een aantal zaken waarbij zijn sterke focus ons opvalt niet in het minst tijdens “Maybe” waarbij hij naar de dirigent kijkt, een blik uitwisselt die toont dat de song een risico inhoudt. Goddaer en orkest zetten het nummer namelijk samen in. Of helemaal op het einde van het concert, wanneer na de derde staande ovatie hij wat onwennig vraagt of het gebruikelijk is dat een artiest bij de toegiften een nummer herneemt. Op zo’n momenten toont ie dat een zaal als de Bozar of deSingel in mindere mate zijn habitat is als klassiek performer. Het antwoord is namelijk simpel: indien het publiek om een toegift vraagt, is het inderdaad gebruikelijk dat een nummer uit de reguliere set die we al te horen kregen, gedeeltelijk of volledig hernomen wordt bij klassieke optredens.

Laura Groeseneken staat in de Bozar wél met een naturel en de klassevolle uitstraling van een soliste, een zangeres die zich perfect op haar gemak voelt in een klassieke omgeving blijkbaar alsof het altijd zo geweest is. “Ooh yeah” haalt ze diep uit haar nochtans tengere lijf in een grandioos “Maybe” waarna een slag op de gong volgt. “Out of this world” dat een trapsgewijze crescendo kent, eindigt dan weer in parlando.

Openen deed het symfonisch optreden opvallend met de vleugelpiano, waarna de vibrafoon en daarna pas de strijkers invielen tijdens “At sea”. Goddaer opent het concert solo. En zo volgt er dus geen vrouwelijke echo na “Where did we go?” Ook tijdens “Godspeed” speelt het Nationaal Orkest van België opvallend klein, subtiel, in al zijn finesses. Ook hier gaat de start naar de piano, waarna violen, en vervolgens de houtblazers (dwarsfluiten onder andere) de sound prachtig aanvullen.  Het zijn die dwarsfluiten en de trombones die ook accenten leggen waarbij opvalt dat de klank van de koperblazers vanop onze plaats er toch net ietsjes te hard door komt. Na “We can be heroes”, een piekfijne cover van David Bowie, op vraag van hem trouwens met andere titel, en het eerste nummer van het concert waarbij Ozark Henry een duo vormt, volgt terecht een eerste “bravo” uit het publiek. De opbouw is vergelijkbaar met de vorige orkestraties, eerst de piano, dan houtblazers (dwarsfluit en hobo), en meteen gevolgd door de rest van het orkest.

Het is pas daarna – gelukkig ook – dat het Nationaal Orkest van België meer gaat variëren in de opbouw van de nummers. “Love is free to interfere”, ingezet door meeslepende strijkers, kent meer tempowissels, en de accenten komen deze keer onder andere van de tamboerijn.  Net als “Vespertine” kent ook “Plaudite Amici Comedia Finita Est” een atypische muzikale begeleiding, met tegenritme. Klokkenspel, chimes, en de triangel laten van zich horen in de hoge frequenties terwijl de fagot in de lagere regionen mag doorklinken. Hier mag Groeseneken de meest denkbare klassieke touch geven door in het Latijn te zingen op het einde. Met deze “Applaudisseert, vrienden, de voorstelling is voorbij!“ refereert Ozark Henry naar Beethoven, naar Augustus’ laatste woorden én een term die het einde betekende van een commedia dell’arte-voorstelling.  Pittig detail: tijdens dat nummer was Ozark Henry slechts half weg zijn reguliere set.

“Grace”, opnieuw een hoogtepunt van de avond, voelt bij de start aan alsof het One van U2 is. Harp en marimba, accenten op gong, pauken en een trompet met demper kleuren het klankpalet dat Oosters eindigt met de dwarsfluiten. “An angel fell it’s done” contrasteert dan weer omdat het volledige orkest als een ritmesectie speelt, een percussief karakter heeft. Hier starten de tweede violen, celli en contrabas, en vallen de eerste violen pas verderop in het nummer in waar ze de hoge partij voor hun rekening nemen.

Ook “Radio (7.1.23.19.11.5.13.31)” kent stukken parlando wanneer Groeseneken en vervolgens ook Goddaer samen de cijfers opzeggen. Wanneer Goddaer “where a piano plays- Satie” zingt, opnieuw een referentie naar klassieke muziek trouwens, en dat tokkelinstrument effectief even op de voorgrond van het arrangement komt, zorgt dat uiteraard voor een mooie meerwaarde. Het nummer begint trouwens ook met de piano terwijl de strijkers pizzicato spelen en de dwarsfluit de hoofdmelodie mag spelen.

Net voor “Sundance” ingezet wordt, vraagt Groeseneken terecht even haar flesje water aan Goddaer. De song start met lage strijkers. De koperblazers (inclusief trompet met demper) staan garant voor lang aangehouden glissandi terwijl de strijkers gaandeweg het tempo opdrijven en het orkest stapsgewijs de song opentrekt tot de zangeres zelf als een echo op Goddaers stem meermaals erg hoog mag uithalen met “Rays we look for”). Een mens zou voor minder even vragen om de stembanden te kunnen smeren alvorens zo’n dijk van een song mee neer te zetten.

“Sacrifice” met snel marimbaspel dat wat refereert naar Circus Renz van Gustav Peter is een logische afsluiter van de set die kan rekenen op een staande ovatie voor Ozark Henry en het Nationaal Orkest van België. Ook in de toegiften bewijst Ozark Henry dat het als duo straffer uit de hoek kan komen dan solo in “Incurable romantics”, een nummer dat Paramount helaas niet haalde. Of wat gezegd van “This is all I have” dat Toots Thielemans ook eigen maakte. Thielemans kon helaas niet aanwezig zijn in de Bozar, zijn gezondheid liet dat niet toe, maar de bewondering van Goddaer voor Belgiës jazzicoon bleek erg groot.  “This is all I have” klonk veruit het meest expressionistisch van alle nummers, met een dwarsfluit die het geluid van getjilp van vogels zeer sterk benaderde.

Verschillende staande ovaties – lang geen evidentie in concertzalen van het kaliber als de Bozar – toonden dat het publiek erg genoten had van het rijke spectrum aan klanken van de menselijke stem en het orkest. Met Paramount legt Ozark Henry samen met het Nationaal Orkest van België de lat hoog, erg hoog qua sound, geluidskwaliteit, arrangementen en muziekpalet niet alleen in het live gebeuren, ook op plaat. Het is het eerste Belgische album ooit dat in de allerhoogste muziek standaarden (9.1 Auro 3D recording) is gemixt en gemastered en zo beschikbaar is op Blu-ray. Het album is ook als CD of LP verkrijgbaar in de betere platenzaak.

< Bert Hertogs > 

De setlist:

  1. At sea
  2. Godspeed
  3. We can be heroes
  4. Love is free to interfere
  5. Maybe
  6. Out of this World
  7. Plaudite Amici Comedia Finita Est
  8. Vespertine
  9. Free haven
  10. Grace
  11. An angel fell it’s done
  12. Radio (7.1.23.19.11.5.13.31)
  13. Sun dance
  14. Sacrifice

Bis:

  1. Sweet instigator
  2. We are incurable romantics

Bis 2:

  1. This is all I have

Bis 3:

  1. Godspeed


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter